BLAUW ERFGOED
Nederland vecht al sinds eeuwen op een effectieve manier tegen het water. Waren polderaanleg, afsluiting van de Zuiderzee, bouw van de Westerscheldedam technische staaltjes uit het verleden, het drooghouden van onze voeten of juist het voorkomen van uitdroging van de grond vragen steeds om ingrepen in ons landschap.
De bodem daalt, het klimaat verandert en de zeespiegel stijgt. Op basis van Europese afspraken hebben wij ons verbonden zorg te dragen voor een goede instandhouding van ons watersysteem. Voor onszelf is dit ook onontbeerlijk anders waren grote delen van ons land onbewoonbaar. Werken aan de wateropgave betekent dus ook werken aan het landelijk gebied. Werken aan het programma als “Ruimte voorde Rivier” en het Deltaprogramma zijn duidelijke voorbeelden.
Een andere inrichting, en lokaal soms ander gebruik, zijn niet altijd te vermijden om de waterproblematiek het hoofd te kunnen bieden. Het kan gaan om verkaveling ter optimalisering van de landbouw, maar ook het inrichten van natte natuurgebieden en maatregelen om bodemdaling tegen te gaan.
Ook verzilting van het water, wel of niet beïnvloed door de mens, heeft uitwerking op het landschap. Verdroging van het land is een andere bedreigende factor. Goede zorg voor de waterhuishouding en de kwaliteit van het water, zoals die onder andere door Rijkswaterstaat wordt verzorgd, zijn maatregelen die rechtstreeks van invloed op de instandhouding van erfgoed.
Water in het landschap
Water doorsnijdt het landschap via rivieren, beken, meren, sloten en kanalen. Maar ook het niet zichtbare water, het grondwater, heeft invloed op het landschap boven de grond. De mens heeft het oorspronkelijke landschap tot cultuurlandschap gemaakt, ingrepen in de natuur om ons leven makkelijker te maken. Kanalen zijn complete toevoegingen van de mens. Rivieren, die hun oorspronkelijke loop nog steeds lijken te volgen, zijn via bochtafsnijdingen, dijkaanleg, en herinrichting van uiterwaarden aan onze cultuur aangepast.
Veenweidelandschappen
Binnen de gebieden met een wateropgave vormen de veenweidelandschappen een bijzondere categorie. Het veenweidegebied is kenmerkend voor het West-Nederlandse landschap. In de Nota Ruimte en de Agenda Vitaal Platteland (thans vervangen door de SVIR) worden deze gebieden zelfs gekwalificeerd als internationaal unieke landschappen. Dat het landschap eeuwenlang zijn karakter heeft weten te behouden, is voor een groot deel te danken aan zijn specifieke waterrijke karakter en de slappe bodem. De bodemgesteldheid zorgde ervoor dat de grond niet op dezelfde wijze economisch kon worden geëxploiteerd als andere gebieden.
Bescherming van het landschap
Het Nederlandse landschap wordt algemeen gewaardeerd en meer en meer is men bij ingrepen rekening gaan houden met de cultuurhistorische waarden. In de laatste 20 jaar is de wetgeving steeds strenger geworden en als gebieden al niet waren beschermd als Nationaal Landschap of natuurgebied, dan is het sinds 1 januari 2012 verplicht in bestemmingsplannen de cultuurhistorische waarden mee te wegen.
Delen van het landschap kunnen ook om andere redenen met regels beschermd zijn. Het kunnen waterwingebieden zijn of op een andere manier een bijzondere kwalificatie verworven hebben.
Bij de Natura 2000-gebieden staat het herstel van de biodiversiteit voorop. De Natura 2000-gebieden zijn onderdeel van een Europees netwerk van beschermde natuurgebieden.
Omwille van het leefgebied van dieren en planten kunnen menselijke ingrepen in het landschap soms juist nodig zijn. Een voorbeeld is de Voordelta, bestaande uit de Zeeuwse en Zuidhollandse eilanden. Als compensatie voor de aanleg van de Tweede Maasvlakte ter uitbreiding van de Rotterdamse haven worden strenge, beschermende maatregelen gevolgd.
Rijkswaterstaat is een belangrijke partij wanneer het gaan om aanpassingen in ons waterlandschap.
Waterschappen
Ook de Waterschappen spelen vanuit hun functie van waterbeheerder een rol bij de wateropgave. De wateropgave, die voortkomt uit de klimaatvraagstukken en welke ruimtelijke antwoorden nodig maakt. De waterbeheerders werken ook aan de kwaliteit van het water en onderhouden de waterkeringen, zoals dijken en de duinen. Elke functie, zoals wonen, werken en recreatie, stelt bepaalde eisen aan het waterbeheer .
Al in de vroege middeleeuwen, in het drassige veengebied van West-Nederland, pleegde de mens kunstgrepen om de grond te kunnen gebruiken voor de akkerbouw. Het land werd ontwaterd door het graven van sloten, die hun water kwijt konden in een rivier of wetering. Om een indruk te krijgen van het werk van een waterschap en wat dat voor de erfgoedprofessional kan betekenen, volgt een aardig voorbeeld van het Waterschap Aa en Maas.
Over een lengte van 3,5 kilometer slingert de beek weer door het boerenland van Oost-Brabant. De werkzaamheden bestonden uit het verwijderen van enkele stuwen, het graven van bochten, de aanleg van enkele poelen en het verbreden van de bedding van de beek. De beek vormt nu tevens een ecologische verbindingszone tussen de natuurgebieden. Binnen het project is rekening is gehouden met veel verschillende belangen. Niet alleen de natuur is geholpen, maar ook de omgeving kan weer genieten van de beek. De wateraanvoer en -afvoer is goed geregeld voor de agrariërs in de buurt. Voor recreanten is het gebied nog aantrekkelijker geworden. Op deze wijze zorgen onze waterschappen buiten de eerste doelstellingen (waterbeheer, veiligheid) indirect voor het ontwikkelen van culturele waarden naar de toekomst toe.